Akkoord over nieuwe regels tophypotheken

De Nederlandse banken, de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en het ministerie van Financiën hebben een akkoord bereikt over nieuwe regels voor tophypotheken.

Per 1 augustus 2011 mag een hypotheek niet meer dan 110 procent van de aankoopwaarde bedragen. Ook is maximaal de helft aflossingsvrij.

110 procent
Binnen de nieuwe regels mag de hypotheek bij aanschaf van een woning niet meer dan 110 procent van de aankoopwaarde bedragen. In een eerder voorstel van de AFM was nog sprake van 112 procent. De uitkomst is het gevolg van onderhandelingen over een oorspronkelijk voorstel van de AFM, de waakhond financiële markten. Vroeger konden klanten 125% financieren.

Helft aflossingvrij
Verder mag de verstrekte hypotheek nog maar voor maximaal de helft van de waarde van de woning aflossingsvrij zijn en worden de mogelijkheden om af te wijken van de inkomensnorm (4,5 maal bruto jaarsalaris) beperkt. Het is wel nog steeds mogelijk om aanschafkosten van een huis plus kosten koper te financieren. Een eerdere eis van de AFM dat de top van de hypotheek in zeven jaar wordt afgelost, vervalt.

code
De normen staan in een nieuwe gedragscode die is voorgesteld door de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en het Verbond voor Verzekeraars. De NVB verwacht dat de gevolgen voor de woningmarkt gering zijn. De AFM onderschrijft de code en zal streng toezien op naleving. Bij overtreding kunnen onder meer boetes worden opgelegd.

Goede bescherming
Minister de Jager vindt dat huizenkopers met de nieuwe afspraken goed beschermd zijn tegen overkreditering, terwijl ze nog steeds voldoende kunnen lenen om huis plus kosten koper te financieren. Deze code biedt een goed evenwicht tussen het beschermen van de consument en het stimuleren van de woningmarkt.
Minister de Jager heeft de voorstellen naar de Tweede Kamer gestuurd, die er nog mee in moet stemmen. 

Assurantietussenpersoon veroordeeld tot het betalen van brandschade

Onlangs publiceerde het Gerechtshof in Den Bosch de uitspraak van het hoger beroep over het tekortschieten

 in de zorgplicht van een assurantietussenpersoon. De zaak handelde om een boomkwekerij, die de betreffende assurantietussenpersoon aansprakelijk heeft gesteld. Drie maanden na het bezoek van de assurantietussenpersoon aan de boomkwekerij werd een loods van de kwekerij getroffen door blikseminslag.

Hierna bleek dat de kwekerij ten aanzien van bepaalde schades niet of onvoldoende verzekerd was. In hoger beroep werd de assurantietussenpersoon veroordeeld tot het betalen van de schade van € 300.000,- omdat de tussenpersoon onvoldoende aannemelijk kon maken dat hij de kwekerij heeft gewezen op de onderverzekering en de mogelijke gevolgen hiervan.

Daarnaast heeft de tussenpersoon verzuimd de kwekerij te vragen of er mogelijk zaden gedurende langere tijd op het bedrijf aanwezig waren en verzuimd de kwekerij er van in kennis te stellen dat het zaaigoed niet onder de dekking van de verzekering viel.

Een assurantietussenpersoon dient – zeker in het geval alle verzekeringen van het bedrijf ondergebracht zijn in een tot zijn portefeuille behorende pakketpolis – actief te handelen en als deskundige op het gebied van verzekeringen zijn klanten te attenderen op onderverzekering of het geheel niet verzekerd zijn van relevante schades.

Tot deze taak behoort in beginsel ook dat de assurantietussenpersoon de klant tijdig opmerkzaam maakt op de gevolgen die hem bekend geworden feiten voor de dekking van tot zijn portefeuille behorende verzekeringen kunnen hebben.